print-image

Als je graag een glas wijn of bier drinkt, is het verstandig om te weten wat de gevolgen van alcohol zijn op je stofwisseling. Jaren geleden was alcohol in combinatie met diabetes absoluut verboden. Doordat steeds meer wetenschappelijke onderzoeken aantoonden dat matig alcoholgebruik de glucosestofwisseling niet verminderde, veranderde dat inzicht. Tegenwoordig is alcohol voor mensen met diabetes geen taboe meer. Het is daarbij wel aan te raden dat de stofwisseling door een arts wordt gecontroleerd en dat er verder geen ziektes zijn zoals lever- of zenuwbeschadigingen of een ontsteking van de alvleesklier.

Hypoglykemie

Onder invloed van insuline (eigen of ingespoten) slaat de lever overbodige glucose op als glycogeen. De leverenzymen kunnen de glucose weer laten vrijkomen, waardoor deze in het bloed wordt opgenomen. Alcohol remt deze leverfunctie en bij grotere hoeveelheden stopt de functie zelfs. Vaak daalt de bloedglucosespiegel echter pas enkele uren na het innemen van alcohol. Daarvoor is die vaak zelfs hoger dan de gebruikelijke streefwaarde. Wie insuline spuit, zou zich er op zulke momenten toe kunnen laten verleiden om de dosis voor het slapen gaan volgens de gebruikelijke correctiewaarden te berekenen. Dan bestaat het gevaar van een hypoglykemie (Hypo). Die hoeft niet altijd ’s nachts te ontstaan. Dit kan soms ook pas de volgende morgen of aan het begin van de middag gebeuren. Bovendien kun je door alcohol een hypo soms niet meer zo goed aanvoelen. Zelfs een laag promillage is al voldoende om een sterke daling van de bloedsuiker niet op te merken. Ook mensen met type 2 diabetes, die behandeld worden met bloedsuikerverlagende medicatie kunnen na het gebruik van alcohol een hypo krijgen. Vooral wanneer een hoge dosis van dit medicijn is voorgeschreven.

De hoeveelheid doet het hem

Om de lever niet teveel te belasten, adviseren voedingsdeskundigen dat mannen per dag niet meer dan twee glazen bier van 200 tot 300 ml of twee glazen wijn van ieder 100 ml of twee glaasjes sterke drank van 20 ml drinken. Voor vrouwen geldt de helft van deze waarden, vanwege hun gevoelige lever . Daarnaast is alcohol ook een caloriebom. Iedere gram bevat zeven kilocalorieën (30 kilojoules). In tegenstelling tot koolhydraten is alcohol een slechte energieleverancier voor de lichaamscellen. Het wordt in de lever verbrand of omgezet in vet. Wie echter niet overdrijft met alcohol en de aanbevolen hoeveelheden in acht neemt, kan onbezorgd het glas heffen.

Bewust genieten van alcohol

  • Drink alcohol indien mogelijk alleen bij een koolhydraatrijke maaltijd.
  • Drink geen alcoholhoudende dranken voor of na een lichamelijke activiteit. Het lichaam is op dat moment gevoeliger voor insuline, waardoor de bloedsuiker nog verder daalt.
  • Spuit geen insuline voor de koolhydraten in alcoholische dranken.
  • Meet voor het slapen de bloedglucosewaarde. Deze mag niet onder de 7,2 mmol/l liggen.
  • Controleer de bloedglucosewaarden ook zorgvuldig op de dag na het gebruik van alcohol.

Reageer